Topweer

De geschiedenis van Topweer, gaat terug tot de late middeleeuwen waarbij er een netwerk van kloosters ontstond in het Noorden. Een van die kloosters is het klooster Jerusalem, beter bekend onder de naam Gerkesklooster. Dit klooster is opgericht in 1240 en breidde zijn invloedsgebied over de tijd langzaam uit door het vestigen van zogenaamd voorwerken of uithoven. Dit betreft pachtboerderijen waarbij het klooster voorzien kan worden van voedsel en grondstoffen. Topweer was een van die uithoven waarbij de eerste vermelding een akte betreft uit 1530.

De uithof Topweer was gelegen in een heidegebied op het veen, er werden schapen gehouden en werd er turf gegraven. De wol en de turf gingen dan naar het klooster waarbij ondermeer de brouwerij van het klooster (de huidige kerk in Gerkesklooster) gebruik kon maken van de turf als brandstof. In 1530 benoemt de abt van het klooster ene Johan ter Schoele als opzichter van het uithof.

Monikken aan het werk op een uithof, afbeelding Geert Schreuder
Groot Placaat En Charter-Boek Van Vriesland, 1773
Grondgebied Gerkesklooster, afbeelding uit proefschrift Jeroen Zomer, 2016

In dezelfde tijd bestond het nabijgelegen dorp Opende uit 29 boerderijen aan de doorgaande weg. Deze waren verdeeld in 4 kluften. Samen met een aantal omliggende dorpen vormde Opende de grietenij (bestuurlijke eenheid) Westerdeel Langewold.

Kerkelijk behoorde Opende in die tijd (voor de reformatie) bij het Duitse decanaat van het bisdom Munster. In het kerkelijke belastingregister van 1475 staat Opende aangeduid als Uracosum (boven Doezum) ook wel Upende genoemd.

Opende is oorspronkelijk op hoogveen gebouwd waarbij de rivier de Lauwers toegang gaf tot het gebied. Veel nederzettingen zijn dan ook aan de rand van deze rivier begonnen en zijn gaandeweg naar het zuiden opgeschoven. Door afwatering en afgraven van het veen, begon het maaiveld te zakken en kwamen hoger gelegen zandruggen tevoorschijn. Op deze zandruggen kwamen de doorgaande wegen te liggen met aanliggende boerderijen.

Een van de verhogingen in het landschap die tevoorschijn kwam, is Topweer. De naam zal gekozen zijn als verwijzing naar de hogere ligging van het perceel. Maar waar Opende zich in lintbebouwing had uitgebreid tot een dorp met een molen en een kerk, bestond Topweer uit niet meer dan een enkele pachtboerderij die in de loop van de tijd uitgroeide naar 2 boerderijen. Op een kaart uit 1718 werd Topweer aangeven als een boerderij op een soort verhoging (sommige bronnen spreken over een schans).

Schotanuskaart 1718

Google maps met het historische Topweer omcirkeld, nu nog
steeds bestaand uit twee boerderijen
Reliefkaart met het historische Topweer omcirkeld waarbij de
verhoging in het landschap zichtbaar is

De uithof Topweer heeft niet heel lang productief kunnen zijn voor het klooster. Johan ter Schoele heeft waarschijnlijk zijn tijd uit kunnen zitten. Maar bij de Reformatie in 1580 werden de eigendommen van de kloosters geconfisceerd door de lokale overheid (in het geval van Topweer was dat Friesland). Daarbij bleef de pachtstructuur in stand zodat de belastingen die geheven werden, bij de overheid terecht kwamen.

In een belastingoverzicht van 1606 staat genoteerd dat ene Albert Harmens belastingplichtig is voor een “zeeckere oudt voorwerck tot Topswier, groot 6
lopen saijenge, 6 maden ende eenige fennen, mogen foeden ontrent 6 koeijen ende 150 schapen”.

Een lopenzaad (lopen saijenge) is de oppervlakte die je al lopend met 1 korf zaaigoed kon bezaaien. Een mad is de hoeveelheid hooiland die een maaier in 1 dag kan maaien. Omgerekend naar hedendaagse maten zijn 6 lopenzaad en 6 mad samen tussen de 3 en 4 hectare land. Dit is voor 6 koeien voldoende maar niet voor nog eens 150 schapen. Waarschijnlijk konden de schapen op de omliggende heidevelden grazen.

In 1649 werd Topweer door de Friese Staten verkocht aan particulieren. De kopers waren Pieter van Nijs (jurist aan het hof van Friesland) en Simon Simonides (burgemeester van Leeuwarden). Een jaar later werd het alweer doorverkocht aan de heren Gualtherus Gualtheri en Tarquinius Boelens. Gualtheri was belastingontvanger geweest voor de kloosters in Friesland en ten tijde van de aankoop raadsheer aan het hof in Leeuwarden. Tarquinius (ook wel Tjerk) was grietman geweest van Achtkarspelen en had belangen in het veen. Beiden zijn enkele jaren na deze aankoop overleden.

Tjerk Boelens, 17e eeuwse eigenaar van Topweer

Een volgende eigenaar die terug te vinden is, betreft de familie Wijma. Vader Hendrik Siewert Wijma krijgt in 1618 een grote erfenis en koopt een boerderij met land in Opende. In 1680 is zoon Berend Hendriks grootgrondbezitter en eigenaar van het hele westelijke gedeelte van Opende (de Westerkluft) waaronder dus Topweer.

Kaart uit 1711 met de vermelding van Berend Hendriks (Birint Hindricx) als eigenaar tot aan de Trimunter Landen

Het gebied rondom Topweer was decennialang gezien als waardeloze grond die ook voor een groot deel vrijgesteld was van belasting (onnutte grasen). Maar daar kwam in de tweede helft van 1700 verandering in. Doordat er steeds meer veen werd afgegraven en er mogelijkheden kwamen om aansluiting te vinden op de Friese waterwegen om de afgegraven turf af te voeren, besloot de stad Groningen dat het veen rondom Trimunt en de Haren (ten zuiden van Topweer) commercieel interessant werd.

Allereerst werd de grens tussen Friesland en Groningen (die tot dan toe niet heel precies was vastgelegd) met een verdrag bepaald. Hierbij bleek dat de Friezen soms al aan het graven waren op Gronings grondgebied. Een opvallend detail op een kaart waar de grens wordt aangeven, is de vermelding dat de heidevelden tussen Trimunt en Opende (het Opender Veld) in bezit waren van het Topweerster Huis.

Kaart 1758

Dit betreft inmiddels niet meer de familie Wijma. Topweer is in handen gekomen van een zekere Berend Tonnis. En de erven van deze Berend verkopen in 1751 een vijfde deel van Topweer aan Hendrik Tonnis (geen familie). In de koopakte wordt gesproken over een bijbehorende “schuine schaapskooi, bouwland, mieden, venen en velden”. Hendrik zal er met zijn gezin wonen als zogenaamde beklemde meier (huurder) voor een bedrag van 3 gulden,15 stuivers en 2 duiten per jaar totdat hij in 1763 het volledige eigendom verwerft.

En het is vanuit deze boerderij in Topweer, dat dochter Gerkje in 1753 trouwt met Lubbe Berends om zo stamvader en stammoeder te worden van de familie Top.

De zoon van Hendrik (en broer van Gerkje) Tonnis/Teunis bleef wonen op de boerderij. Toen begin 1800 gestart werd met het nummeren van huizen, kreeg deze boerderij nummer D46. Topweer bestond in die tijd nog steeds uit twee boerderijen in een uitgestrekt heidegebied met zandpaden.

Zo zal de heide op Topweer eruit gezien hebben (naar een schilderij van Simon vd Berg 1880)

De eerste foto van Topweer dateert van begin 1900. Het huisnummer toen was D91 en werd bewoond door de familie Heidsma. Het huidige huisnummer is Topweer 23.

De naastgelegen boerderij is aanvankelijk bewoond geweest door Jan Lubbes, zoon van Lubbe Berends en kleinzoon van Hendrik Tonnis. Deze boerderij heeft tegenwoordig huisnummer 27.

Topweer 1905-1910, met de twee boerderijen, links nr 27, rechts nr 23.

De boerderij van Tonnis heeft in de recente geschiedenis nog een vermeldingswaardige verbouwing doorgemaakt. Nadat de huidige woning er in 1949 is neergezet, is het pand eind jaren 70 aangekocht door aanhangers van de Bhagwan beweging om er een leefgemeenschap te vestigen. In de loop van de tijd kwamen er iets van dertig mensen te wonen. De schuren werden verbouwd tot woongebouw en houtbewerkingsruimte en er werd een meditatiecentrum aangebouwd. Hier was echter geen vergunning voor verleend. Dit gaf een geweldige rel. Alhoewel het college bereid was tot een compromis, ging de gemeenteraad van Grootegast niet akkoord. Het meditatiecentrum moest weer worden afgebroken. De commune was de juridische strijd zat en verhuisde in 1984 naar Den Haag.

Topweer 23 ten tijde van aankoop door de Bhagwan commune

Na al deze beroering keert de rust weer aan de Topweer. Er komt een praktijk voor homeopathie. Topweer is van een geïsoleerde boerderij op de heide, geworden tot een straat in Opende met een eigen postcode (9865 VD) en 26 adressen.